In deze rubriek wisselen it-ondernemer Hans van Bommel en it-mediator prof. dr. Hans Mulder van gedachten over de vraag: wat maakt dat sommige organisaties in dit digitale tijdperk het (veel) beter doen dan andere? Wat zijn de unieke eigenschappen van deze ‘high performers’? En welke rol speelt it hierin?
Tekst: HANS VAN BOMMEL EN HANS MULDER Beeld: TJARKO VAN DER POL
Van Bommel: In onze communicatie hebben we te veel gossip. Dat is geen échte informatie en toch bestempelen we dat dan als ‘feiten’. Die slechte kwaliteit van informatie is verantwoordelijk voor de chaos waarin we nu zitten. Standaarden, uniformiteit en technologie kunnen ons helpen om daaruit te komen.
Mulder: Wat is echt en wat is niet echt? Misschien zijn we niet op zoek naar een objectieve waarheid, maar een intersubjectieve waarheid. Dan heb je de twee deelnemende partijen aan een overeenkomst die zeggen: ‘ja, daar zijn we het mee eens’. Dat vinden wij allebei ‘waar’. Die intersubjectieve waarheid hebben wij ingebouwd in een systematiek voor bouwprocessen. Want bouwprocessen zijn echt complex, met soms tachtig partijen. Aan het eind van die bouwprocessen komen altijd de vragen over wie, waarvoor verantwoordelijk is. In 1997 startte ik in het kader van mijn proefschrift een onderzoek binnen de bouwwereld vanuit deze gedachte. We zijn toen gaan experimenteren met een soort dubbele boekhouding in de transacties tussen de betrokken bouwbedrijven, aannemers, architecten, inspecteurs, en vergunningverleners. Uitgangspunt was: als iemand iets vraagt, heb je nog niets en is er geen ‘waarheid’. Als de andere partij het belooft dan ben je al op een derde van het proces, maar het echte werk moet nog gedaan worden. Als het is opgeleverd, ben je op twee derde. Pas als de vragende partij zegt: ‘ik aanvaard dat’ sluiten de partijen de transactie. Dan hebben we eigenlijk intersubjectief tussen twee rollen vastgesteld: dit is een feit. Rechters en arbitrage-instituten gebruiken het ook: ‘jullie zijn het samen overeengekomen, dus het is een feit’.
Van Bommel: Dit is precies waar het over gaat. Standaardisering helpt enorm om de chaos te verminderen en brengt meer beweging. Interessant dat de juridische entiteiten dan kunnen zeggen: ‘dit is onze werkelijkheid en ons fundament’. Als we transacties niet duidelijk kunnen neerzetten en een deel hebben waarvan we zeggen: ‘hier moeten we nog beter naar kijken: is het nu een feit of niet?’, dan is daartussen een soort lege ruimte, die chaos geeft.
Mulder: Maar als je dat geregeld hebt, zijn we er nog niet. We moeten ook zorgen dat er een systeem onder ligt dat we als collectief geheugen kunnen gebruiken en ermee kan worden gewerkt in onderliggende systemen. Dan zouden bijvoorbeeld vragen vanuit de Kamer binnen een paar seconden kunnen worden beantwoord, zonder dat een groot deel van de informatie is zwartgelakt. Dan pas gaat het echt vliegen.
Van Bommel: Daarom moet je ook de transactie bij de bron aanpakken en aan twee kanten registreren. Dan is de transactie transparant, niet te corrumperen en altijd te fact-checken. Wanneer je dat kunt doen op basis van geverifieerde, wettelijke identiteiten maak je echt grote stappen. Probeer dan maar eens te zeggen dat jij geen onderdeel was van die transacties. Dat is heel moeilijk. Dat zorgt voor heel veel rust. Openheid maakt onschendbaar. In de overheid snappen ze dit fenomeen nog niet echt. Als je iets te verbergen hebt, krijg je argwaan en neemt de chaos toe. Ook de regelgeving neemt de afgelopen jaren toe en dat gaat ten koste van de menselijke maat. We worden geregeerd door de regels en niet meer door de bestuurders in Den Haag.
Mulder: Dat is toch vreemd, want de overheid claimt het tegenovergestelde met programma’s als ‘Open overheid’ en ‘Overheid op orde’. Of is dat juist het maskeren ervan? Dus heel veel over praten, maar heel weinig doen?
Van Bommel: Ja, helemaal gelijk. Er is onderzoek gedaan naar hoe ver dat ‘Open overheid’ is: ze blijken nog geen millimeter opgeschoten. De overheid denkt dat ze zoiets kunnen bedenken en ontwerpen, maar conceptueel komt er niets uit. Hoe breng je die oude data naar de nieuwe wereld? Dat is eng. Er is ook veel dark data in de krochten van het systeem.
Mulder: Ze zijn ook eenzijdig opgesteld. Dus eenzijdig is bepaald wat die werkelijkheid is. Dan is het niet jouw data, die data zijn eigendom van de Belastingdienst terwijl het gemeenschappelijk met die burger tot stand moet komen.
Van Bommel: Het is ook geen feit. Dat is het probleem. Dus in die zin kan iedereen het voor de rechter winnen van de Belastingdienst, maar dat beseft niemand zich. Er zijn geen feiten bij de Belastingdienst. En dat is ook het probleem. Laat zo’n toeslagenaffaire nooit meer gebeuren. Dat is beter dan genezen. Maar als je het toch moet gaan genezen, moet je teruggaan in de tijd en samen alles aflopen. Welke regels waren toen van toepassing? Kunnen die ‘mijn feit’ beïnvloeden? Zo kun je komen tot de feiten. Dat is de enige manier. Alles transparant maken.